De beleving van de toegankelijke stad
Toegankelijkheid kan op verschillende niveaus worden bekeken: op macroniveau (de stad als geheel), mesoniveau (pleinen en voorzieningen), en microniveau (details zoals afritten en trappen). Kleine aanpassingen op microniveau kunnen een groot verschil maken in de toegankelijkheid. Diverse steden in Nederland, zoals Zwolle, Stein, en Nijmegen, werken aan inclusieve stadsontwikkeling door middel van lokale agenda’s en samenwerking met ervaringsdeskundigen.
Een onderzoek in Maassluis toonde echter aan dat ondanks ambities, de implementatie van toegankelijkheidsmaatregelen vaak tekortschiet. Richtlijnen ontbreken of krijgen onvoldoende prioriteit, wat de toegankelijkheid belemmert. Narratieve cartografie is een methode om de toegankelijkheid vanuit de beleving van mensen in kaart te brengen. Door zelf routes in een rolstoel af te leggen, worden knelpunten en ervaringen inzichtelijk gemaakt. Dit helpt om niet alleen technische, maar ook belevingsgerichte verbeteringen aan te brengen in de stedelijke toegankelijkheid.
In hun artikel De beleving van de toegankelijke stad neemt Rooijlijn je mee in de opbrengst van een onderzoek waarbij narratieve cartografie werd ingezet.